Terug naar de vorige index

Indeling van de hersenkwabben.
De frontaalkwab is met blauw aangegeven


Als het geheugen niet werkt

door R. Mieremet B.S.


Als het geheugen niet werkt
Dyslexie, hoogbegaafdheid, dyscalculie - talrijke ontwikkelingsstoornissen bedreigen met name de opgroeiende jeugd. Nu dringt het besef door dat ook veel jongeren lijden aan dysmnesie.
Tijdens het leerproces speelt het onthouden van gegevens een belangrijke rol. Bij de meeste jongeren ontwikkelt zich zonder opvallende moeite de vaardigheid van het onthouden, het inprenten van elementen in de hersenen. Onderwijs en oefening dragen daaraan bij.
Er is echter een groep kinderen die grote problemen heeft met het onthouden van informatie. Soms komt dat door domheid of een slechte opleiding. Wanneer het echter niet kan worden toegeschreven aan gebrekkig onderwijs of aan een lage intelligentie, kan het alleen maar komen door een ontwikkelingsstoornis die ‘dysmnesie’ genoemd wordt.

Columbus droomt dat hij de route vergeten is (Alexandro Vannini) Onder dysmnesie verstaat de wetenschap een partieel defect dat zich uit in het onvermogen om gegevens in het lange termijn geheugen op te slaan. Dit leidt tot ernstige en hardnekkige problemen bij de automatisering van het onthouden. Het woord ‘dysmnesie’ is gevormd uit de Griekse woorden ‘dys’ (beperkt) en ‘mnesis’ (geheugen). Deze stoornis komt vooral voor bij jeugdigen; ongeveer 3 tot 4 procent van de jongeren heeft hier last van. We moeten het verschijnsel niet verwarren met amnesie, waarbij een bepaald deel van het geheugen helemaal wegvalt, vaak doordat er een traumatische gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Ook is het iets anders dan de ziekte van Alzheimer en dementie; beide zijn stoornissen die juist vooral bij bejaarden voorkomen.
De symptomen van dysmnesie komen al op jeugdige leeftijd naar voren, opmerkelijk genoeg juist wanneer de kinderen in de schoolgaande leeftijd zijn. Het is vaak een familiale aandoening: als een leerling dysmnesie heeft, is de kans groot (37%) dat deze stoornis voorkomt in hetzelfde gezin (vader, moeder, broers of zussen).


Oorzaken
Voor dysmnesie bestaat geen eenduidige verklaring. Men neemt wel aan dat de snelheid van de informatieoverdracht en de tijdsduur van het ‘bewust onthouden’ een belangrijke rol spelen. Hoe langer het kind bezig is geweest met bewust leren, des te beter vindt het vastleggen in het geheugen plaats.
Er zijn ook sterke aanwijzingen dat het defect wordt veroorzaakt door tekorten bij de voeding. In de jaren negentig is er een onderzoek gedaan bij 671 jongeren van 11 tot 15 jaar bij wie de diagnose dysmnesie was gesteld. Daaruit blijkt dat deze leerlingen op school 23% vaker hun brood niet bij zich hadden dan schoolgaande jongeren uit een controlegroep. Dat maakt aannemelijk dat onvoldoende eten, of een onevenwichtig samengestelde lunch, het verschijnsel dysmnesie in de hand werkt. (Er is trouwens ook een nog onverklaarde correlatie met het aantal leerlingen dat geen boeken bij zich heeft.)

Het Nationaal Fonds Dysmnesie (N. F. D.) te Rotterdam zamelt geld in voor verder wetenschappelijk onderzoek. Het is echter al zeker dat dysmnesie een neurocognitieve aandoening is, die de leerling niet kan worden verweten. (U kunt zich nog steeds als collectant opgeven)
Kinderen die aan dysmnesie lijden, zijn niet minder intelligent dan anderen. Ze hebben veelal een groot creatief en beeldend vermogen, ze zijn buitengewoon speels en ontspannen en vaak zelfs hoogbegaafd. Het is jammer als de maatschappij geen gebruik kan maken van de vruchten van hun talenten. Het probleem veroorzaakt ernstige spanningen in de kring van het gezin, want het is ook voor ouders zeer teleurstellend als hun kinderen schijnbaar ‘niet kunnen leren.’ Bovendien legt deze stoornis een grote last op hun emotionele ontwikkeling doordat ze door hun klasgenoten voor dom worden aangezien, alleen maar omdat ze sommige dingen niet goed onthouden.

Toch hebben vele scholen, die overigens wel aandacht besteden aan ADHD en hoogbegaafdheid en PPD-NOS en - heel vergelijkbaar - dyscalculie, weinig belangstelling voor dysmnesie. Als deze getalenteerde jongeren door een neurocognitieve aandoening moeten doubleren of hun schoolopleiding niet kunnen afmaken, is dat duidelijk onrechtvaardig. En het is bovendien niet nodig.


Behandeling
De laatste jaren is duidelijk geworden dat men dysmnesie kan genezen of althans zodanig behandelen dat de nadelige effecten beperkt worden en de leerresultaten worden verbeterd. Baanbrekend onderzoek op dit gebied is gedaan door de Italiaanse neuroloog P. Vorintimi. Op basis hiervan heeft men op pedagogische instellingen zoals Instituut Mieremet in Rotterdam methodes ontwikkeld om de problemen te bestrijden. Door technieken gebaseerd op visualiseren en herhalen en met veel investering van tijd kunnen leerlingen het zogeheten ‘onthouden’ expliciet aanleren. Leerstrategieën met inspirerende benamingen zoals ‘drillen’, en ‘stampen’ en vooral ‘blokken’ maken het mogelijk dat de ook de schoolprestaties met sprongen vooruit gaan. Op deze manier is het mogelijk om deze getalenteerde jongeren op een aanvaardbare manier toegang te geven tot hun geheugencapaciteit. Behalve remedial teaching kunnen door de V.B.I erkende instituten ook een officiële dysmnesie-verklaring aanbieden. Ouders die het beste voorhebben met hun kinderen, weten waar ze het kunnen zoeken.


Optimisme
George Armstrong Custer, Amerikaanse generaal Tot besluit een woord van bemoediging. In het verleden hebben tal van dysmnetici zich met veel inspanning en op eigen kracht ontworsteld aan hun handicap. Daaronder zijn nogal wat beroemde namen, die een plaats in de geschiedenis hebben gekregen. Ze zijn het bewijs dat iemand het ondanks deze problemen toch ver kan schoppen in de samenleving. Om er een paar te noemen:
Christophorus Columbus, ontdekkingsreiziger
Claudius Ptolemeus, astronoom
Karel de Eenvoudige, Frankisch koning
Dan Quayle, vice-president van de Verenigde Staten
Dr. John H. Watson, Britse auteur
Erich von Däniken, Zwitserse historicus
Ernst von Gräfenberg, Duitse seksuoloog
George Armstrong Custer, Amerikaanse generaal
George Walker Bush, Amerikaanse president
Heinrich Einstein (een neef van de beroemde fysicus)
Hendrikus Colijn, minister-president van Nederland
Immanuel Velikovsky, astronoom
Stan Laurel, Amerikaanse acteur
Trofim Lysenko, Russische bioloog

Als al deze mensen op eigen kracht in staat zijn geweest, zichzelf uit te tillen boven hun beperkingen, dan zullen de jongeren van nu daar zeker in slagen met behulp van deskundige begeleiding.


---einde(12-05-2011)---

Terug naar de vorige index