Terug naar de vorige index
Harry Mulisch - De Aanslag
door Jacques de Bruijn
Harry Mulisch - De Aanslag (1957)
Samenvatting
De Aanslag is de eerste Nederlandse bestseller waarvan wereldwijd meer dan een
miljoen exemplaren zijn verkocht. Het boek gaat over de aanslag op een Haarlems
gezin. De vader (dus het hoofd van het gezin) is orthodontist, en wordt door het verzet
ervan verdacht vertrouwelijke gegevens van de gebitten van verzetstrijders aan de
Gestapo te hebben doorgespeeld. Dit zou een lafhartig verraad betekenen, omdat het
hierdoor mogelijk zou zijn de verzetstrijders op basis van hun gebitten te
identificeren. De jongste zoon, Anton Steenbreek, overleeft de rampzalige catastrofe,
ontmoet vervolgens in de loop van zijn leven diverse mensen die betrokken zijn
geweest bij de aanslag en probeert aan de hand van hun verhalen de ware toedracht
van de aanslag te achterhalen.
Het verhaal is opgedeeld in vijf episoden: januari 1945, wanneer de aanslag zich
voordoet, 1952: de Vietnam-oorlog, 1966: Provo en weer Vietnam, en 1983: de
antikruisraketten-demonstraties in Nederland. Per episode komt Anton steeds dichter
bij de ware toedracht van de misdaad, om die uiteindelijk wel of niet te achterhalen –
dit tot zijn grote wanhoop.
Januari 1945
De familie Steenbreek zit rustig te ganzenborden als plotseling een gemaskerde man
het huis binnendringt en vrijwel de gehele familie neersteekt. Alleen de dan tienjarige
Anton weet te ontkomen, omdat hij op het moment van de aanslag boven op zijn
kamer zit. Het enige dat Anton bewust van de aanslag meekrijgt, is het woord
‘Rosebud’ dat de moordenaar meermalen uitschreeuwt als hij op zijn weerloze
slachtoffers insteekt. Dit woord vormt jarenlang Antons enige aanknopingspunt voor
het oplossen van deze misdaad. Het doet hem vermoeden dat de dader een Engelsman
is.
1954: De Vietnam-oorlog
De 19-jarige Anton wordt uitgezonden op vredesmissie naar Vietnam. In Saigon (nu
Ho Chi Minh-stad) komt hij in contact met diverse leden van het communistische
verzet. Er ontstaat een zich verdiepende vertrouwensband tussen Anton en Prey
Nokor, een Vietnamees die in de top van het verzet zit (codenaam Agent Orange). Het
is voor de adolescente Anton dan ook een grote slag als Prey door een napalmbom
wordt getroffen en sterft. In de nalatenschap van Prey vindt Anton de lijst met FBI-
codewoorden (de Enigma), waarop ook het woord ‘Rosebud’ staat. ‘Rosebud’
betekent volgens deze lijst ‘molaar’ oftewel maalkies. Anton vermoedt hierdoor dat
de FBI een rol heeft gespeeld bij de moord op zijn vader –maar het kan ook een
dwarslist zijn.
1966: Provo en weer Vietnam
In 1966 kent de Provobeweging haar hoogtepunt. Vanwege zijn Vietnam-achtergrond
kan Anton geen sympathie opbrengen voor deze vredelievende beweging. Hij voelt
zich meer en meer onthecht van zijn vaderland en gaat daarom weer naar Vietnam,
waar hij in de jaren vijftig immers zo’n fijne tijd heeft gehad. Eenmaal in Vietnam
valt alles echter ook daar tegen. Hij ontdekt dat de communisten de oorlog hebben
verloren, wat een zware slag is voor de jongvolwassen Anton. Teleurgesteld keert hij
terug naar Nederland. In het vliegtuig naar Nederland komt hij stomtoevallig
(noodlot, lotsbestemming) naast Fake Ploegsma te zitten. Fake was in 1945
veldwachter (een soort politieagent) in Haarlem, en hij vertelt hem allerlei spannende
weetjes over de aanslag.
1983: de demonstraties (tevens climax)
De laatste episode van het boek gaat wederom over een periode waarin het pacifisme
in Nederland hoogtij viert: begin jaren ’80. Anton is bekeerd tot pacifist en sluit zich
aan bij het organisatiecomité voor de grootste demonstratie uit de Nederlandse
geschiedenis: de antikruisraketten-optocht. De climax van de demonstratie loopt
parallel met die van de geschiedenis van de aanslag, die alweer zo lang geleden lijkt.
De demonstratie mag niet baten en leidt ertoe –historisch feit- dat er 24 kruisraketten
op vliegbasis Woensdrecht geplaatst worden. Succesvoller (of toch niet?) is Antons
zoektocht naar de waarheid omtrent de aanslag. Om de plot van het boek niet teveel te
verklappen, vermelden we hier alleen dat Anton erachter komt dat de aanslag
gepleegd is door een Engelse undercoveragent die destijds in Haarlem actief was. Als
Anton erachter komt dat deze agent zich toen bediende van de naam ‘Fake’, wat in het
engels ‘nep’ of ‘namaak’ betekent, verwijt hij zich dat hij (Anton dus) dat niet eerder
heeft doorzien. Hij kan zich wel voor zijn kop schieten, maar zijn poging mislukt
jammerlijk en hij ontwaakt zwaar mismaakt in een verpleeghuis. Hij zal dit
verpleeghuis nooit meer verlaten. Zo is niet alleen zijn leven, maar ook zijn poging tot
sterven mislukt.
De vraag of Antons vader nu wel of niet de gebitsgegevens heeft doorgespeeld aan de
Duitsers, zal nooit beantwoord worden, de lezer in vertwijfeling achterlatend.
Titelverklaring
De titel ‘De Aanslag’ is vrijwel eendimensionaal, hetgeen betekent dat je meteen
snapt waar hij op slaat (namelijk de aanslag op de familie Steenbreek). Als het boek
goed gelezen wordt, valt een kleine tweede dimensie op: het woord ‘aanslag’ kan ook
slaan op de slechte staat van het gebit van Anton Steenbreek. Dit slechte gebit komt
meermalen in het boek naar voren. Dat juist de zoon van een orthodontist een slecht
gebit heeft, is een uitwerking van een door Hermans vaak gebruikt thema: het noodlot
van de mens en zijn onvermogen om daaraan te ontsnappen.
Karakterbeschrijving
Anton Steenbreek
Een wat misantrope figuur. Zijn noodlot hangt hem als een molensteen om de nek,
zodat het hem meermalen zwaar te moede wordt. Wordt ook gekenmerkt door zijn
sterke innerlijke drang naar waarheidsvinding, wat dan weer in hem te prijzen valt.
Deze drang komt echter wel voort uit wrok. Heeft verder een optimistisch karakter.
Prey Nokor
Ideaal-communist uit Vietnam. Ondanks zijn vuige linkse sympathieën ontkomt de
neutrale lezer er toch niet aan hem aardig te vinden. Blijkt later een dubbelrol te
hebben gespeeld. Mulisch heeft dit gegeven subliem verwerkt in de naam: ‘Prey
Nokor’ betekent ‘Verrader’ of ‘Draaikont’ in het Koreaans. Heeft niets te maken met
de aanslag in Nederland. Verder komen we niet veel te weten over Prey.
Fake Ploegsma
Sinistere figuur. Komt in het vliegtuig naar Nederland sympathiek over, maar de lezer
moet die mening bijstellen wanneer zijn ware aard blijkt. Altijd uit op eigen gewin en
gaat daarbij over lijken. Het woord “meedogenloos” lijkt hier op zijn plaats.
Tijd en tijdvolgorde
Het boek beslaat een periode van 38 jaar. De gebeurtenissen worden chronologisch
verteld. Het verhaal staat in de tegenwoordige tijd, waardoor je het extra intens
beleeft.
Thema
Het noodlot is een steeds terugkerend thema in de boeken van Mulisch. Andere
voorbeelden van boeken van Mulisch waarin dit thema speelt, zijn “Het stenen
bruidsboeket” en “Siegfried en Roy”. De transconsistentiek van het boek is zeer groot,
hetgeen het best tot uitdrukking komt in het aantal hoofdstukken.
Motto
Het motto van het boek is ‘Kijk niet teveel om, want je kunt er toch niets meer aan
doen’. Anton heeft duidelijk niet veel op met dit motto.
Taalgebruik
Er wordt wel veel taal gebruikt in het boek, maar die is niet moeilijk. Veel critici
dachten dat het boek een zogenaamde parabool was, maar dat is niet waar. Mulisch
vermijdt heel knap het gebruik van anachronismen. Mooiste voorbeeld hiervan is de
scène waarin Anton op zoek gaat naar een Internetcafé.
Vertelsituatie
De verteller van het verhaal is alwetend. Deze alwetendheid bevalt Mulisch
overduidelijk heel goed. Het verhaal staat dus in het hij-perspectief. Doordat Anton de
schuld van zijn miserabele leven vooral bij anderen legt, ontstaat echter ook vaak een
wij-en-zij-gevoel.
De Auteur
Voor meer informatie over de auteur verwijzen we naar het boekverslag van ‘De
Ontdekking van de hemel’ elders op deze site. Dit om te voorkomen dat bezoekers
van deze site dingen twee keer zouden lezen, wat jammer zou zijn van hun tijd.
Recensies ten tijde van het verschijnen van ‘De Aanslag’
* ‘De combinatie van taalgebruik en de onverwachte plotwendingen is een
weergaloze novelle doen ontstaan dat de tand des tijds zeker zal doorstaan’ –
Barry Attus (pseudoniem van Hugo Krabt-Korstius)
* ‘Wie hier eenmaal zijn tanden in heeft gezet, verlangt zonder meer naar meer. Dit
weergaloze boek te lezen is dan ook zeker geen gebit zonder end te noemen’ –
Harry Kurt Victor
(NB deze recensie is gekleurd en telt dus eigenlijk niet, want Harry Kurt Victor is
een goede vriend van Mulisch –noot van de Weetnet-redactie-)
---einde(12-05-2011)---
Terug naar de vorige index
|